Bio-afval krijgt een nieuwe bestemming |
Door
biomassa steeds ‘geraffineerder’ te kraken, krijgen we een betaalbaar en schoon
alternatief in handen voor dure en vervuilende olie. Met hoogwaardige innovaties
worden we spekkoper van de biomassa ...die we vroeger weggooiden. Boerenorganisaties
snappen dat als geen ander, er zijn al boeren met een witte jas in het laboratorium aangetroffen. Wie
nu zelf al met de nieuwe bouwstenen uit de natuur wil gaan
‘stapelen’, kan shoppen met de kersverse Bio-routekaart van de landbouwuniversiteit WUR in Wageningen. Je wijst een grondstof aan en de applicatie vertelt direct wat je ermee kunt, de impact die verwerking heeft op de natuur, etc
Bioethanol
uit zeewier
In
enkele maanden tijd hebben twee onderzoeksteams de ‘code’ van zeewier gekraakt.
Het team van het Amerikaanse Bio Architecture Lab slaagde erin uit één kilo
gedroogd zeewier 281 gram ethanol te produceren; een rendement van 80 %. Het
team zet hiervoor de genetisch aangepaste bacterie E.coli aan het werk die wel raad
weet met de suikers en het taaie alginezuur in zeewier. Daardoor lijkt er nu
een commerciele formule te liggen voor het produceren van duurzame biobrandstof.
Ook de natuur komt er goed van af; voor zeewierkweek is geen landbouwgrond
nodig, geen (kunst)mest, geen zoetwaterbronnen en er zijn geen nadelige
gevolgen voor de voedselvoorraden.
De Indiase technostarter Sea6 Energy ontwikkelde met de Deense enzymproducent Novozymes ook een enzymcocktail die de cellulose in het zeewier kraakt zodat ethanolproducerende micro-organismen hun werk kunnen doen. De R&D-inspanningen van Sea6 Energy concentreren zich nu al op efficiënte methoden om rekken uit te zetten in zee. Ze moeten bestand zijn tegen een soms wat ruwe zee. Het instituut Algaeparc van WUR is ook druk met het kraken van zeewier en algen, het wachten is op rook uit de schoorsteen in Wageningen.
De Indiase technostarter Sea6 Energy ontwikkelde met de Deense enzymproducent Novozymes ook een enzymcocktail die de cellulose in het zeewier kraakt zodat ethanolproducerende micro-organismen hun werk kunnen doen. De R&D-inspanningen van Sea6 Energy concentreren zich nu al op efficiënte methoden om rekken uit te zetten in zee. Ze moeten bestand zijn tegen een soms wat ruwe zee. Het instituut Algaeparc van WUR is ook druk met het kraken van zeewier en algen, het wachten is op rook uit de schoorsteen in Wageningen.
TNO kraakt algencode
Algen
groeien snel en zijn na raffinage op veel manieren te gebruiken. Het ontbrak echter
aan een efficiente verwerkingstechniek. TNO claimt de raffinagecode van algen gekraakt te
hebben. Daardoor komt algenexploitatie binnenhandbereik. Het raffinageproces
van TNO vraagt minder energie en het lukt beter om eiwitten, koolhydraten en
olie te scheiden. Elementen uit algen zijn toepasbaar in vleesvervanger,
emulgatoren, als basis voor afbreekbare bioplastics, in schuimstabilisatoren en
als biobrandstof. De kansen op een rendabel raffinageproces van algen zijn
zo groot dat TNO en partner Ingrepro het
industriele bioraffinageproces uit gaan testen in een pilot die in de loop van
dit jaar van start gaat. Vanaf april 2012 worden algeningrediënten in hoeveelheden
geproduceerd waar industrieel op pilotschaal mee getest wordt (ordegrootte 10
kg). Op deze manier wordt het mogelijk voor industrieën die op zoek zijn naar
diversificatie van hun grondstofstromen koolhydraten, oliën en eiwitten in
zuivere vorm uit algen te gaan testen in hun proces. Volgens
landbouwuniversiteit WUR in Wageningen zijn algen onmisbaar voor de toekomstige voedselproductie. Ze zijn ook basis voor duurzame
brandstoffen en nieuwe materialen.
Biomassa
kraken
TNO
ontwikkelde ook een manier gevonden om biomassa te kraken. Het instituut
gebruikt Super Heated Steam om
biomassa om te zetten in groene grondstof. Planten en bomen maken cellulose aan
en lignine aan voor hun eigen stevigheid. Cellulose was een obstakel om biomassa
op grote schaal in te zetten. De nieuwe techniek breekt de ligno-cellulose open
zodat een functionele vezel overblijft. Het procédé gebruikt minder chemicaliën
en energie, is goedkoper en minder belastend voor het milieu. Verschillende
agro-stromen komen voor het procédé in aanmerking. De vrijkomende cellulose kunnen
samen met bomenpulp verwerkt worden in papier, en in op cellulose gebaseerde
bindmiddelen voor cosmetica, verf, voedsel, asfalt en beton. De vrijkomende Lignine
is ook een niet-fossiele brandstof voor energiecentrales.
DSM
ontwikkelde met het Amerikaanse bedrijf Poet een methode die oogstresten van mais omzet in biobrandstoffen. Een biologisch proces zet de resten om in een badje van water, wat enzymen, gevolgd door de bubbels van het fermentatieproces. De productie
moet in de tweede helft van 2013 op gang komen in een fabriek in de Amerikaanse
staat Iowa. DSM-topman Feike Sijbesma
sprak van een 'strategische mijlpaal' voor DSM en een belangrijke stap in
de richting van een bioeconomie.
DSM
en Rabobank zien gezamenlijk een groot commercieel potentieel in de bio-brandstof. Alleen al in de Verenigde
Staten zou de productie van bio-ethanol in 2022 60 miljard liter kunnen
bedragen. Hiervoor zouden 350 tot 400 nieuwe bio-raffinaderijen moeten worden
gebouwd om aan de vraag te voldoen.
Links
-Meer
over Biogrondstoffen
-Meer
over de Biobased Economy
-Meer over Bioraffinage en cascadering
-Factsheets
van Deltalinqs R’dam over Bioplastics
Geen opmerkingen:
Een reactie posten